Jongeren willen niets liever dan een vast contract

Jongeren willen niets liever dan een vast contract

Gegevens

Nummer
2024/31
Publicatiedatum
6 mei 2024
Auteur
Redactie
Rubriek
Overig

‘Werkgevers en uitzenders legitimeren flexwerk door te zeggen dat jongeren een vast contract maar ouderwets vinden’ stelt hoogleraar arbeidsmarkt Ton Wilthagen. Die fabel is nu ontkracht door recent onderzoek onder 1.000 werkende jongeren. Alle jongeren geven namelijk aan een vast contract te verkiezen voor een flexibele arbeidsrelatie (bron: de Volkskrant).

Afkeer voor flexwerk

Opvallend genoeg werkt een groot deel van de jongeren ondanks de personeelstekorten op basis van een flexcontract. Slechts 40% van de werkende 25- tot 35-jarigen heeft een vast dienstverband. Sociaal wetenschapper Lin Rouvroye enquêteerde voor haar promotieonderzoek ruim duizend jonge werkenden en zevenhonderd werkgevers. ‘Als we kijken naar de vormen van flexwerk, zoals uitzendwerk of een tijdelijk contract, blijkt: hoe onzekerder het dienstverband, hoe groter de afkeer.’

Werkgevers blijven gaan voor flex

Dat werkgevers toch nog altijd overwegend flexcontracten aanbieden, heeft volgens de promovendus te maken met financieel gewin op de korte termijn. ‘Hun belangrijkste motivatie om voor flexwerk te kiezen is het afdekken van financiële risico’s.’ Ook geven werkgevers aan dat flexcontracten leiden tot betere prestaties omdat jongeren dan een tandje bijzetten, omdat ze niet weten of ze mogen blijven.

Nadelige effecten op langere termijn

Opmerkelijk is dat de werkgevers uit het onderzoek aangeven dat ze diverse nadelen zien van het flexwerken op de lange termijn. Ze erkennen dat flexwerk leidt tot minder welzijn, tot irritaties bij collega’s die flexwerkers zien komen en gaan, en dat ze op deze manier geen jong talent aan zich weten te binden. Wilthagen verwacht dat door de vergrijzing van de komende jaren, jongeren meer onderhandelingsmacht zullen krijgen.

Voor meer achtergrond: Flexibilisering van arbeid

Redactie inzicht 6-5-2024